We moesten er vroeg voor uit de veren: een afspraak met mijn broer en schoonzus in het door hen bejubelde Spoorwegmuseum in Utrecht (KLIK HIER). Het moet meer dan 50 jaar geleden geweest zijn, dat ik er met mijn vader was. Een beetje saai vond ik het toen, dat was nu wel anders.
Om 8 uur zaten we in de auto onderweg van Zeeuws-Vlaanderen (waar geen treinen rijden, maar waar we wel via een toltunnel naar een station kunnen) naar Goes. Mooi op tijd om de trein van 08.58 uur naar Rotterdam te halen. Een voorspoedige reis volgde: geen vertragingen, lekker warme zitplaatsen, ruime overstaptijden. Het kan dus wel! In Rotterdam stapten we over in de trein naar Utrecht CS en daar weer over op een speciaal Museumlijntje: na een kwartiertje bereikten we het Station Maliebaan, de ingang van het museumterrein. Toen was het inmiddels 11.48 uur, de koffie met koek waar mijn schoonzus ons op trakteerde, was meer dan welkom.
Door onze ervaren gidsen werden van de ene naar de andere
bezienswaardigheid gebracht. Natuurlijk verandert er veel in 50 jaar,
maar het is zonder meer duidelijk dat dit museum met zijn tijd is
meegegaan en dat jong en oud er graag komt. We zagen heel veel kleine
kinderen (onder de 6), ze kunnen er alle kanten op, klauteren, rennen,
kijken, naar het kindertheater of in de minitrein. De iets grotere
kinderen konden met hun ouders in enkele "pretparkachtige attracties",
waar ik niet over uit zal weiden: spectaculair en zelf beleven zou ik
zeggen.
Twee van onze belevenissen zal ik wel nader beschrijven: de hernieuwde kennismaking met De Arend (onze allereerste stoomtrein uit 1839) en de speciale treinwagon van Koningin Anna Paulowna.
Stond De Arend vroeger gewoon langs een perron, met enkele houten wagons erachter waar je in mocht klimmen, nu moesten we er meer moeite voor doen. Met een koptelefoon op (waarop een bandje met een verteller die instructies gaf en op een vlotte manier over de geschiedenis vertelde) daalden we met een oude, krakende en wiebelende lift af door een mijnschacht naar een ondergronds dorpje. Sfeervol gemaakt, met werkplaatsen, pubs, huisjes, pleintjes en natuurlijk een stationnetje, waar De Arend langs het perron stond te wachten op passagiers. Heel fotogeniek ook! Het sluitstuk werd gevormd door een schilderijengalerij, met treintaferelen uit de eerste jaren van het stoomtreintijdperk.
Het museum heeft een grote oppervlakte tot haar beschikking, dat moet ook wel vanwege het formaat van de indrukwekkende stoomlocomotieven en ander rollend materieel. Maar ook aan expositieruimten met bezienswaardigheden van bescheidener formaat is gedacht.
Op sommige plekken in het museum staan krijtborden met de tijden waarop daar iets bijzonders plaatsvindt. Aan het einde van de middag was dat voor ons het bijwonen van het verhaal over de luxe treinwagon van Koningin Anna Paulowna, de vrouw van Koning Willem II. We mochten allemaal (zo'n 12 personen) plaatsnemen in het Koninklijke Rijtuig op de met blauw fluweel beklede banken en in de fauteuils. Aan de hand van veel mooi uitvergrote foto's vertelde een vlotte museumgids ons het verhaal van Anna Paulowna en haar rijtuig. Zelfs de kinderen luisterden geboeid en uit de vragen die ze stelden bleek dat ze het goed konden volgen.
Nadat Kroonprins Willem II was afgewezen door zijn Engelse verloofde, trouwde hij in 1816 met Anna Paulowna, zuster van de Russische tsaar. Van 1840 tot 1849 waren zij het Koningspaar van Nederland. Het was geen gelukkig huwelijk en toen Willem II in 1849 overleed, liet hij grote schulden na. Gelukkig kon Anna een groot deel van de schulden afkopen door haar
riante vermogen en de Russische toelage die zij jaarlijks ontving. Om
overige schulden af te betalen wist Anna haar broer, tsaar Nicolaas I,
zover te krijgen dat hij een groot aantal schilderijen uit het
familiebezit van Oranje-Nassau aankocht. Dit is één van de oorzaken
waardoor er op dit moment in de Hermitage te Sint-Petersburg een grote collectie Hollandse meesters hangt, waaronder een aantal Rembrandts.
Willem III volgde zijn vader op en Anna trok zich terug uit het openbare leven, mede door het verdriet om het overlijden van haar lievelingszoon Alexander. Zij woonde afwisselend op Soestdijk en op Buitenrust in Den Haag, waar zij over een Russische kapel beschikte.
De Nederlandse koninklijke familie
beschikt sinds halverwege de 19e eeuw over eigen rijtuigen en heeft decennialang veel gebruikgemaakt van de trein.
Al in 1839 reisden de eerste Oranjes per spoor. Sinds die tijd zijn
verschillende rijtuigen voor hen gebouwd.
Uit 1864 dateerde het rijtuig Sr1, gebouwd voor Anna Paulowna. Dit rijtuig deed dienst tot 1903. Helaas heeft zij er zelf nooit gebruik van kunnen maken, ze overleed in 1865. Het oorspronkelijke rijtuig bleek in zeer slechte staat. Daarom is besloten tot de bouw van een replica. Dat is wagon uit 2010 die nu in het Spoorwegmuseum staat. (Voor wie interesse heeft in de koninklijke treinen KLIK HIER). Als laatste foto toonde de gids ons Koningin Beatrix die uit het rijtuig stapt in het Museum in 2010, toen er een tentoonstelling was over koninklijke rijtuigen. Ook nu zijn er nog een aantal Nederlandse exemplaren te bezichtigen.
Mijn nieuwsgierigheid naar Koningin Anna Paulowna was gewekt. Het toeval wil dat Paleis 't Loo bezig is met de voorbereiding van een tentoonstelling over haar n.a.v. het feit dat ze 200 jaar geleden met Koning Willem II trouwde. Deze tentoonstelling (KLIK HIER) zal in oktober 2016 geopend worden onder de titel: Een kleurrijke Romanov aan het Nederlandse hof.
Het was 17.00 uur voor we er erg in hadden, tijd om afscheid te nemen en weer op huis aan te gaan met het laatste museumtreintje van die dag, via Utrecht CS (waar we iets aten), Rotterdam en Goes. Om 21.15 uur waren we weer thuis na een lange, maar welbestede dag!
Voor meer informatie over het Spoorwegmuseum KLIK HIER
De MJK is er geldig, bereikbaar met de trein, horeca aanwezig, geschikt voor groot en klein.
© JannieTr, januari 2016.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten